zaterdag 30 november 2013

Dag 26 en 28: Een volle boodschappenkar voor mensen in nood

Bijdrage van: de Verdubbeldame

Sinds vier weken is de groep online, en hij telt nu al meer dan 100 leden: de "Voedselclub 010 voor nood en noodsituatie’s" [sic] op facebook. Een particulier initiatief van enkele bevlogen Rotterdammers en Schiedammers. Ik meld me aan om te zien of ik er iets kan betekenen. Meteen word ik flink in het zonnetje gezet, omdat ik het 100ste lid blijk te zijn. Dat betekent natuurlijk: trakteren! Er wordt meteen gegrapt over moorkoppen en appeltaart die ik bij alle leden langs kan brengen. 

In de groep rollen steeds foto’s voorbij van producten die worden aangeboden. Een paar blokjes bouillon. Zeven tomaten, die verdeeld kunnen worden over meerdere geïnteresseerden. Een door de slager gedoneerde kilo rundvlees die in vier gelijke delen wordt verloot. Een potje kruiden. Kneuterig, voor wie niet beter weet. 'Schrijnend' is waarschijnlijk een treffender woord. Ook valt meteen de grote solidariteit op: iemand die drie pakjes reinigingsdoekjes heeft gekregen wil deze delen met anderen in de groep. Mensen die bami of soep hebben gekookt nodigen anderen uit om een prakkie te komen afhalen.

Met hoofdbeheerder Nan overleg ik hoe ik een bijdrage zou kunnen leveren, want die moorkoppen en appelpunten gaan 'em niet worden. Als ik een tas boodschappen zou willen doneren, moet dat dan via de site, of via het beheer? Ze vertelt me over het crisiscentrum dat zij vanuit haar kelderbox runt:
"Zou het even uitleggen aan je, hier in Schiedam is het crisiscentrum voor mensen in nood, wij hebben een voorraadkast en een vriezer staan voor de groep, ik verzamel hier al het houdbare voedsel denk aan blikken soep de meeste boodschappen worden bij mij gebracht wat enkele dingen worden op de site geplaatst door de leden maar geen hele boodschappen dit omdat wij alle leden wat gunnen niet dat 1 een grote boodschappentas krijgt met boodschappen, want alle leden behalve degene die helpen, hebben het heel zwaar en sommige hebben werkelijk honger en dan is het heel wrang als sommige niets krijgen snap je, wij ondersteunen waar wij kunnen maar ja dan moet er wel wat zijn, soms moeten wij een beroep doen op de leden die dan de kasten uitpluizen en voedsel doneren voor de groep en dat word dus altijd bij mij gebracht. Wij hebben ook een koelkastje gedoneerd gekregen dat komt als het goed is het weekeinde deze kant op."
Het crisiscentrum met de voorraadkast, waarin slechts wat kleine producten staan
Naast het crisiscentrum in Schiedam zijn er drie uitdeel- en verzamelpunten in Rotterdam, gerund door drie enthousiaste vrouwen. Nan noemt ze liefdevol 'de meiden'. Twee van de 'meiden', Bren en Tina, houden zich verder bezig met het zoeken naar sponsoren: AH is inmiddels binnen! Marielle speelt voor 'vliegende keep' en sleept producten van hot naar her. Regelmatig wordt er een inzamelactie gehouden voor een lid dat in hoge nood verkeert, en dan worden er met inzet van de hele groep een boodschappenpakket samengesteld. Een Sinterklaasactie werd op poten gezet nadat er een donatie van 20 euro binnenkwam: genoeg voor wat lekkers en een cadeautje voor ieder kind dat anders niets zou krijgen. Ik vraag aan welke producten de meeste behoefte is, en krijg al snel antwoord:
"Het meeste wat gevraagd word zijn spullen voor de dieren, hondebrokken, kattebrokken, blikken voer voor hond en kat, voedsel krijgen wij genoeg aangeleverd namelijk, en wij hebben en sponsor voor brood dus dat hoeft allemaal niet maar echt voor de dieren daar is behoefte aan, ook aan shampoo en tandpasta douchegel dat soort dingen ook. (…) En wil je hierbij heel erg bedanken voor je steun aan de groep echt geweldig want er zijn leden bij die werkelijk honger hebben namelijk, en echt niet weten hoe ze de week rond moeten komen met eten, die komen bij mij iedere week altijd een klein pakketje halen, met brood en brood beleg, wat groente's."
Mijn tweedaagse mbo-baan in de zorg is bepaald geen vetpot, maar ik heb juist wat bijverdiend met een freelance onderzoeksopdracht en besluit 100 euro in te zetten om dit initiatief te ondersteunen. Vervolgens krijg ik een reeks berichten met zo ongeveer deze inhoud:
"Jeetje ben er stil van zeg pfffffffffffffffff ik ga dit echt naar mijn meiden doorsturen hoor pffffffffffffffffffffffffff (…)  en jeetje wijffie pffffffffffffffffffffffffff weet ff niets te zeggen hoor als alleen maar bedankt bedankt namens de groep pfffffffffffffffff”(…) mijn meiden zijn ook stil gevallen erdoor jeetje echt war wat een super gift dit."  
Op dag 26 probeer ik de spullen online te bestellen en door een boodschappendienst te laten bezorgen, maar dat blijkt problemen op te leveren met de betaling, die meestal aan de deur moet geschieden. Dan maar anders.

Op dag 28 neem ik de trein naar Schiedam, laad bij de PLUS mijn boodschappenkar bomvol en rijd naar het huis van Nan. Nog best een opgave, want de kar is zwaarder dan ik en de stoep loopt niet bepaald loodrecht. Bezweet worstel ik met een stoeprand, als ik mijn naam hoor roepen. Nan komt me tegemoet gelopen, met vochtige ogen en wijdopen armen: "O schat, mag ik je zoenen?"

 
Nan toont me het voorraadhok. Ik schrik dat er maar zo weinig producten in de schappen staan, en vraag of ik er een foto van mag maken. En of Nan ook op de foto wil? Ze kijkt me aan of ze vuur ziet branden: "Nee nee joh, ik blijf het liefst achter de schermen!" Met een kopje koffie in de huiskamer en een hond op schoot kan ik haar even later bevragen over het voedselinitiatief. Zij blijkt maar al te goed te weten hoe het is om geen eten en drinken in huis te hebben, en door instanties van het kastje naar de muur gestuurd te worden. Gelukkig kwamen zij en haar man uiteindelijk in aanmerking voor pakketten van de Voedselbank. Inmiddels hebben ze het nog steeds niet breed, maar redden kunnen ze zich wel. Maar die bittere ervaring van toen is wat haar nu drijft om anderen te helpen. Ook heeft ze hierdoor de voelsprieten ontwikkeld om nood te herkennen. Als een bepaald lid veel op aangeboden producten reageert, bij haar en in andere groepen, gaat er meteen een lichtje branden en doet ze navraag of alles wel goed gaat. Vaak komt vervolgens het logistieke netwerk op gang en volgt er een voedselpakket om de ergste nood te ledigen.

Het is zo overduidelijk dat de boodschappen goed terecht gaan komen. Ik wilde graag anoniem blijven, maar merk aan Nan dat ze het jammer vindt dat alle donateurs daar steeds voor kiezen: "Ik zou het zo graag van de daken willen schreeuwen!" "Okee, noem me dan maar 'de Verdubbeldame'," besluit ik, "Maar ik wil voorkomen dat alle leden het gevoel hebben dat ze me moeten bedanken ofzo, daar zou ik me ongemakkelijk bij voelen." Ik wens jullie heel veel succes, Nan, Bren, Tina en Marielle. Jullie zijn -om in jullie eigen jargon te blijven- topwijffies!
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...